Het langdurige ruime monetaire beleid van de ECB samen met de aanhoudende lage rente zorgt voor grote economische risico’s. Dit stelt het Centraal Planbureau (CPB) in haar jaarlijkse rapportage over de belangrijkste economische ontwikkelingen en financiële risico’s voor de Nederlandse economie.
Volgens het CPB is het beleid van de ECB een van de grootste ricico’s voor de Nederlandse economie. De ECB heeft nu ongeveer de helft van het monetaire QE programma van 1740 miljard euro uitgevoerd. Volgens het CPB bestaat het risico dat het effect van de maatregelen van de centrale bank af zal nemen wanneer na verloop van tijd het beleid als normaal wordt beschouwd. Ook de lagere prikkel voor overheden om de schulden te verlagen en structurele hervormingen door te voeren is een risico. De lage rente en het opkopen van schuldpapier zorgt er voor dat de prikkel om te hervormen voor overheden afneemt.
“Het monetaire beleid loopt mogelijk tegen zijn beperkingen aan”, concludeert het CPB. De grootste uitdaging is volgens het rapport het afbouwen van het beleid van de ECB. Niemand is in staat te voorspellen wat er gebeurt als de rente verhoogd wordt en de 1740 miljard euro terug in de fles moet, stelt het CPB vast. Een draaiboek voor een exitstrategie bestaat niet, en in het rapport wordt onder andere verwezen naar de Federal Reserve. Recente pogingen van de Federal Reserve illustreren dat het afbouwen van expansief monetair beleid in een vervlochten wereldeconomie lastig is.
Zorgen om Zuid-Europese banken
De gezondheid van Europese banken is ook een probleem volgens het CPB. De problemen zijn vooral groot in Zuid-Europa. Deze banken hebben een hoog aantal probleemleningen, de Italiaanse banken alleen al bezitten voor 300 miljard euro aan slechte leningen. Verschillende indicatoren laten zien dat een aantal banken in Griekenland, Italie en Portugal een zware economische schok niet zullen overleven.
Het Europees institutioneel raamwerk voor banken is nog steeds niet compleet. Hierdoor is niet duidelijk wie er bij faillissement van een bank opdraait voor de financiële verliezen. Zo blijft het onzeker of het zogeheten bail-in op een consistente manier binnen Europa zal worden toegepast. Bij bail-in dragen private partijen de kosten van falende banken. Ondertussen stijgt de uitgifte van bail-inbare schuld. Dit lijkt een nieuwe bron van systeemrisico te worden. De vicieuze cirkel tussen overheden en banken blijft ook in stand door het ontbreken van een volwaardig Europees depositogarantiestelsel en de nulweging van staatsobligaties in het risicomandje van banken.
Pensioenfondsen en verzekeraars
Ook in de Nederlandse financiële sector houden spannende tijden aan. Zo ondermijnt de lage rente de vermogenspositie van pensioenfondsen en levensverzekeraars; de zelf gekozen beleggingsstrategie is daar overigens mede debet aan. Pensioenfondsen beschikken over meer herstelmogelijkheden (met name via verminderde indexatie, herstelpremies en zo nodig korting van pensioenen), ook al is dat niet zonder weerslag in de economie.
De situatie bij levensverzekeraars is nog zorgelijker; weinig herstelmogelijkheden, een afkalvende markt en de potentiële claims als gevolg van de woekerpolisaffaire staan herstructurering in de weg. Het hele rapport van het CPB kun je hier downloaden.