De World Gold Council (WGC) heeft vanochtend data vrijgegeven over het afgelopen jaar. Hieruit blijkt dat alle centrale banken in 2014 maar liefst 477,2 ton hebben toegevoegd aan hun reserves, een stijging van 17 procent ten opzichte van een jaar eerder, en het op een na hoogste cijfer over een periode van 50 jaar.
Rusland was de grootste afnemer met 173 ton, waardoor goud op dit moment goed is voor 12 procent van de total Russische buitenlandse reserves. Dat is nog altijd een stuk lager dan de Verenigde Staten en Duitsland, waarbij goud bijna 70 procent uitmaakt van de buitenlandse reserves. Oekraïne heeft het afgelopen jaar het meest goud verkocht, volgens de WGC gaat het om ongeveer 19 ton goud. Afgelopen jaar doken er geruchten op waaruit zou blijken dat Oekraïne een groter gedeelte van haar goudposities van de hand heeft gedaan in ruil voor Amerikaanse dollars.
De centrale banken hebben in de afgelopen vijf jaar 1.964 ton goud toegevoegd aan hun reserves, wat op dit moment ongeveer gelijk staat aan een mijn productie van 7 maanden. De landen kopen het goud voornamelijk als een alternatief voor andere buitenlandse reserves die zij aanhouden. Gezien de huidige ingrepen van centrale banken die de afgelopen weken hebben plaatsgevonden is de verwachting dat ook dit jaar veel goud zal worden opgekocht door centrale banken. Volgens schattingen van de WGC zullen de centrale banken dit jaar minstens 400 ton goud toevoegen aan de reserves.
Alistair Hewitt, een analist bij de WGC, stelt dat er bij centrale banken van opkomende landen nog veel ruimte is om hun goudreserves uit te breiden. Voornamelijk omdat zij in vergelijking met Westerse landen een aanzienlijk kleinere percentagegoud aanhouden in vergelijking met hun totale buitenlandse reserves.